“Juf, weet u wat ik ga meenemen voor in mijn graf?”
“Nou?”
“Een airco, voor het geval ik naar de hel ga..”
R. (5 havo)
“Juf, weet u wat ik ga meenemen voor in mijn graf?”
“Nou?”
“Een airco, voor het geval ik naar de hel ga..”
R. (5 havo)
Leerling: “Juf, ik vind dat u erg goed lesgeeft!”
“Heel lief, maar wat wil je van mij?”
Leerling: “Juf…., wilt u alstublieft niks negatiefs zeggen over mij tijdens de ouderavond.”